NL dicionário de Holandês: verlopen
verlopen tem 80 traduções em 13 línguas
traduções de verlopen
- terminar (v) [overeenkomst, vergunning, gebeurtenis]
- expirar (v) [become invalid, gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- caducar (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- vencer (v) [vergunning, overeenkomst, gebeurtenis, become invalid]
- chegar ao fim (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- desenrolar-se (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- passar (v) [tijd]
- correr (v) [tijd]
- decorrer (v) [tijd]
- transcorrer (v) [tijd]
- passar correndo (v) [tijd]
- passar voando (v) [tijd]
NL ES Espanhol 9 traduções
- terminar (v) [overeenkomst, vergunning, gebeurtenis]
- expirar (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- caducar (v) [become invalid, gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- concluir (v) [overeenkomst, vergunning, gebeurtenis]
- desarrollarse (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- pasar (v) [gebeurtenis, overeenkomst, tijd, vergunning]
- vencer (v) [become invalid]
- transcurrir (v) [tijd]
- trascurrir (v) [tijd]
NL FR Francês 8 traduções
- expirer [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning, become invalid]
- arriver à terme [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- finir [vergunning, overeenkomst, gebeurtenis]
- se passer [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- se dérouler [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- s'écouler [tijd]
- passer [tijd]
- périmer [vergunning]
NL DE Alemão 12 traduções
- ablaufen (v) [become invalid, gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- enden (v) [overeenkomst]
- endigen (v) [overeenkomst]
- verfallen (v) [become invalid, vergunning]
- ungültig werden (v) [vergunning]
- verstreichen (v) [tijd]
- abwickeln (sich)
- vergehen (v) [tijd]
- vorbeigehen (v) [tijd]
- erlöschen (v) [become invalid]
- sich abwickeln (v) [gebeurtenis]
- abwickeln (sich)
NL SV Sueco 11 traduções
- gå ut (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning, become invalid]
- löpa ut (v) [become invalid, gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- förfalla (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- upphöra att gälla (v) [vergunning, overeenkomst, gebeurtenis]
- avlöpa (v) [gebeurtenis, overeenkomst, vergunning]
- förflyta (v) [gebeurtenis, overeenkomst, tijd, vergunning]
- gå (v) [tijd]
- flyga (v) [tijd]
- utlöpa (v) [vergunning]
- förgå (v) [tijd]
- rulla förbi (v) [tijd]