NL dicionário de Holandês: zich toeëigenen
zich toeëigenen tem 51 traduções em 7 línguas
traduções de zich toeëigenen
- roubar (v) [misdaad]
- apropriar-se (v) [eigendom, rechten]
- apoderar-se (v) [eigendom]
- apropriar-se indevidamente (v) [misdaad]
- arrogar (v) [rechten]
- usurpar (v) [rechten]
- appropriate [eigendom, misdaad]
- steal [misdaad]
- assume to oneself [rechten]
- arrogate to oneself [rechten]
- usurp [rechten]
- arrogate [rechten]
NL ES Espanhol 6 traduções
- apropiarse (v) [eigendom, misdaad, rechten]
- apoderarse de (v) [eigendom]
- robar (v) [misdaad]
- arrogarse (v) [rechten]
- usurpar (v) [rechten]
- atribuirse (v) [rechten]
NL FR Francês 6 traduções
- prendre [misdaad]
- s'approprier [eigendom, misdaad, rechten]
- s'emparer de [eigendom]
- s'arroger [rechten]
- s'attribuer indûment [rechten]
- usurper [rechten]
NL DE Alemão 14 traduções
- aneignen (sich)
- an sich nehmen (v) [misdaad]
- in Besitz nehmen (v) [eigendom]
- anmaßen (sich)
- sich rechtswidrig aneignen (v) [rechten]
- für sich beanspruchen (v) [rechten]
- sich unrechtmäßig aneignen (v) [rechten]
- zueignen (sich)
- sich aneignen (v) [eigendom, misdaad]
- sich anmaßen (v) [rechten]
- sich zueignen (v) [rechten]
- aneignen (sich)
- anmaßen (sich)
- zueignen (sich)
NL IT Italiano 7 traduções
- sottrarre (v) [misdaad]
- appropriarsi di (v) [eigendom]
- impossessarsi di (v) [eigendom]
- appropriarsi (v) [misdaad, rechten]
- arrogarsi (v) [rechten]
- usurpare (v) [rechten]
- arrogare (v) [rechten]
NL SV Sueco 6 traduções
- beslagta (v) [eigendom, misdaad]
- lägga beslag på (v) [eigendom]
- tillägna sig (v) [misdaad]
- tillvälla sig (v) [rechten]
- tillskansa sig (v) [rechten]
- göra anspråk (v) [rechten]
Palavras anteriores e posteriores zich toeëigenen
- zich storten
- zich storten op
- zich te binnen brengen
- zich tegoed doen aan
- zich terugtrekken
- zich tevredenstellen met
- zich toeleggen op
- zich toespitsen
- zich toespitsen op
- zich toewijden
- zich toeëigenen
- zich tonen
- zich tot het uiterste inspannen om
- zich tot vijand maken
- zich uit de slag trekken
- zich uit de voeten maken
- zich uitbreiden
- zich uitdossen
- zich uitgeven voor
- zich uitkleden
- zich uitputten