NL dicionário de Holandês: schaamteloosheid
schaamteloosheid tem 71 traduções em 7 línguas
Ir para Traduções
traduções de schaamteloosheid
- audácia (n) [onbeschaamdheid, gedrag] {f}
- descaramento (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {m}
- conspicuidade (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- falta de vergonha (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- arrogância (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- rudeza (n) [gedrag] {f}
- falta de educação (n) [gedrag] {f}
- impudência (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- insolência (n) [gedrag] {f}
- desfaçatez (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- atrevimento (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {m}
- rusticidade (n) [gedrag] {f}
- má conduta (n) [gedrag] {f}
- mau comportamento (n) [gedrag] {m}
- indelicadeza (n) [gedrag] {f}
- blatancy [onbeschaamdheid]
- conspicuousness [onbeschaamdheid]
- obtrusiveness [onbeschaamdheid]
- shamelessness [onbeschaamdheid]
- arrogance [gedrag]
- cheekiness [gedrag]
- sauciness [gedrag]
- impudence [gedrag]
- insolence [gedrag]
- effrontery [gedrag]
- audacity [gedrag]
- impertinence [gedrag]
NL ES Espanhol 13 traduções
- descaro (n) [onbeschaamdheid, gedrag] {m}
- insolencia (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- desvergüenza (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- descoco (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {m}
- rudeza (n) [gedrag] {f}
- grosería (n) [gedrag] {f}
- impertinencia (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- frescura (n) [gedrag] {f}
- desfachatez (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- indiscreción (n) [gedrag] {f}
- mala conducta (n) [gedrag] {f}
- falta de delicadeza (n) [gedrag] {f}
- falta de tacto (n) [gedrag] {f}
NL FR Francês 12 traduções
- audace [onbeschaamdheid, gedrag] {f}
- insolence [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- impudence [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- effronterie [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- rudesse [gedrag] {f}
- grossièreté [gedrag] {f}
- impertinence [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- mauvaise conduite [gedrag] {f}
- incivilité [gedrag] {f}
- impolitesse [gedrag] {f}
- indélicatesse [gedrag] {f}
- manque de délicatesse [gedrag] {m}
NL DE Alemão 7 traduções
- anmaßendes Benehmen (n) [onbeschaamdheid] {n}
- Schamlosigkeit (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- Frechheit (n) [gedrag] {f}
- Impertinenz (n) [gedrag] {f}
- Ungezogenheit (n) [gedrag] {f}
- Taktlosigkeit (n) [gedrag] {f}
- Unverschämtheit (n) [gedrag] {f}
NL IT Italiano 11 traduções
- impudenza (n) [onbeschaamdheid, gedrag] {f}
- sfrontatezza (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- arroganza (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- sfacciataggine (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- faccia tosta (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- impertinenza (n) [gedrag, onbeschaamdheid] {f}
- rozzezza (n) [gedrag] {f}
- scortesia (n) [gedrag] {f}
- comportamento scorretto (n) [gedrag] {m}
- indelicatezza (n) [gedrag] {f}
- mancanza di tatto (n) [gedrag] {f}